zondag 31 mei 2009

Het Titicacameer (3800m) aan Boliviaanse zijde

Copacabana (meer dan de naam heeft deze plaats niks, maar dan ook niks gemeenschappelijk met zijn Braziliaanse tegenhanger) is onze eerste stop aan het hoogste bevaarbare meer ter wereld dat deels in Bolivie en deels in Peru ligt, het Titicacameer.



Aan de prachtige kerk zien we 's zondags hoe nieuwe auto's "gezegend" worden met bloemen, bier en 96 % pure alcohol (een keer daarvan proeven is echt genoeg). Tussen de nieuwe wagens ook een exemplaar vol blutsen en roest. De eigenaar verteld ons dat hij na zijn vijfde botsing ook heil komt zoeken bij de beschermheilige van Copacabana...

Warm is het hier alleszinds niet. De twee uur durende boottocht naar Isla del Sol is prachtig maar we zijn blij als we onze boterhammen kunnen verorberen in een plekje uit de wind. De varkens nemen we er graag bij. Al snel voelen we de rust en vree dat dit eiland uitstraalt. Vele van deze eilandkinderen hebben nog nooit een auto gezien, aangezien er hier enkel wandelwegen zijn.

We wandelen van Noord naar Zuid langs prachtige uitzichten en archeologische sites, tussen de lamas en ezeltjes, tot we het dorpje bereiken boven op de berg waar we zullen overnachten met een van de mooiste zichten die een hostal kan bieden. En dat allemaal voor 5 euro per nacht!

Van al dat moois kan een maag al eens keren en zo geniet Bert ook van het nachtelijk zicht over de baai, maar dan vanop de WC. We blijven nog een dagje in Copacabana, om nog wat uit te zieken, maar ook omdat we eigenlijk het prachtige Bolivie nog niet willen verlaten. Maar niet getreurd, wie weet wat we allemaal meemaken in Peru...



Geen opmerkingen: